Een over­heid die er voor de bur­gers is

15 feb 2022

O-ver-al al-les

Je zal maar Chantal heten en na een ongeluk in een rolstoel zijn beland. Je denkt dat je je leven kunt leiden zoals je dat altijd hebt geleid. Maar niets is minder waar. Want waar je voorheen overal gedachteloos kon komen, zie je nu dat er heel veel drempels zijn. Dat het nieuwe zwembad zo’n leuke trap heeft voor de entree, waardoor je met je rolstoel niet binnenkomt. Dat o-ver-al al-les te hoog ligt, waardoor je voortdurend om hulp moet vragen. Dat je überhaupt maanden moet wachten totdat je een rolstoel hebt – want de gemeente komt tijd tekort en elke keer beland je ‘per ongeluk’ weer onderaan de stapel.

 

In hoogst eigen persoon

Maar Chantal is niet kapot te krijgen en besluit de gemeente een handje te helpen. Want de gemeente kan bepalen wat er wel en niet mag en kan er zo voor zorgen dat Chantal ondanks haar handicap gewoon het leven kan leiden dat ze ervoor leidde. De burgemeester ontvangt haar in hoogst eigen persoon en neemt de tijd voor haar. Chantal heeft het gevoel dat er naar haar geluisterd wordt – dat de gemeente het met haar eens is. Totdat het Chantal menens wordt.

 

Geen geld

Chantal wil de gemeente namelijk wel helpen, maar ze is daar wel tijd en energie aan kwijt. Tijd en energie die ze eigenlijk nodig heeft om te werken, om leuke dingen te doen en, oh ja, om haar eigen zorg te regelen. Ze wil dat de gemeente haar faciliteert in de expertise die ze te brengen heeft. Maar, daar heeft de gemeente helaas geen geld voor. Wat volgt is een verwijzing naar een lotgenotenclubje waar Chantal totáál geen behoefte aan heeft en verder niets. Je leest het goed: ze hoort niets meer van de gemeente. Van progressie krijgt Chantal weinig mee – de vervelende lantaarnpaal midden op de stoep staat er jaren later nog.

 

Now we’re talking

Dit is niet alleen het verhaal van Chantal, maar ook van mij. Goed, ik zit niet in een rolstoel en ik hoef ook niet zorg voor mezelf te regelen. Maar het gesprek met de burgemeester is ongeveer letterlijk zo gelopen. Ik had zojuist de finale voor Minister van Gehandicaptenzaken achter de rug en werd uitgenodigd op het stadhuis. Now we’re talking, dacht ik toen, eindelijk een overheid die snapt dat ‘ie er voor de burgers is. En dat om er voor de burgers te zijn, het belangrijk is naar die burgers toe te stappen. Omdat die burgers elke dag leven met het beleid dat de ambtenaren maken en daardoor als geen ander weten wat er wel en niet werkt.

 

Structureel werk van inclusie

De praktijk is dat Chantal en velen met haar voortdurend ervoor moeten vechten om überhaupt aan tafel te komen. En dat terwijl het zo mooi zou zijn als de gemeente de kans die Chantal aanreikt, aangrijpt om structureel werk te maken van inclusief beleid. Dat het niet meer gaat om een lantaarnpaal midden op de stoep en een blindegeleidelijn die plots ophoudt, maar dat ervaringsdeskundigen structureel en volwaardig betrokken worden bij de beleidsvorming. Dat er een groep ambtenaren is die zich hier dagelijks mee bezighoudt.

 

Kandidaat-raadslid

Daarom ga ik de politiek in als kandidaat-raadslid. Om van gemeente Zaanstad een gemeente te maken die er is voor haar burgers. Om een lokale inclusie-agenda op te stellen die ook van het VN-verdrag Handicap een beleidsonderwerp maakt met een ambitieus perspectief. Om van Zaanstad een gemeente te maken waar iedereen graag in woont. Want dat verdienen Zaankanters, zeker zij met een handicap.

meer berichten

Han­di­cap in het D&I-ge­sprek

Han­di­cap in het D&I-ge­sprek

Er zijn regelmatig bijeenkomsten, beleidsnota’s en initiatieven die gaan over diversiteit en inclusie. Vaak genoemde groepen zijn mensen van kleur of mensen uit de LHBTIQ+-gemeenschap. Mensen met een handicap worden meestal overgeslagen. De vraag is: waarom? Laat ik...

Ga naar de inhoud